U gebruikt een verouderde browser. Update uw browser voor een betere en veiligere ervaring.update

Albert Heijn aansprakelijk voor uitglijden over bloemblaadje

De uitspraak van de rechtbank Oost-Brabant betreft een deelgeschilprocedure. Dit is een procedure die is bedoeld voor de situatie waarin partijen in het buitengerechtelijke onderhandelingstraject stuiten op geschilpunten die de afwikkeling buiten rechte belemmeren. De twee partijen kunnen de rechter vragen om op die geschilpunten te beslissen, zodat zij vervolgens verder kunnen met de onderhandelingen met als doel het sluiten van een vaststellingsovereenkomst (artikel 1019w Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering).

De valpartij

In deze procedure betrof het een mevrouw van 62 jaar die de vrijdag voor het paasweekend de laatste boodschappen wilde doen bij de Albert Heijn te Rosmalen. In de Albert Heijn is naast de servicebalie ook een bloemenstand aanwezig. Op een gegeven moment is mevrouw uitgegleden over een hoopje bloemblaadjes en een natte vloer. Mevrouw is ten val gekomen waarbij zij letsel heeft opgelopen aan haar linkerschouder en linkerbovenarm en geopereerd moest worden.

Albert Heijn aansprakelijk voor letselschade?

Mevrouw stelt dat Albert Heijn aansprakelijk is voor haar letselschade. Mevrouw is van mening dat er sprake is van een onrechtmatige daad. Albert Heijn zou hebben nagelaten de losliggende bloemblaadjes op een natte vloer op te ruimen hetgeen een gevaarlijke situatie in het leven heeft geroepen.

Gebleken is dat het schoonmaakrooster door de Albert Heijn-medewerkers niet goed is nageleefd en niet passend was voor de drukkere dagen voor Pasen. Tevens zijn er geen waarschuwingsborden geplaatst om de consument te waarschuwen voor mogelijke gevaarlijke situaties.

Nu de Albert Heijn geen veiligheidsmaatregelen heeft getroffen om gevaren te voorkomen, is het zeer waarschijnlijk dat iemand de losliggende blaadjes op een natte vloer over het hoofd ziet, uitglijdt en letsel oploopt.

Mevrouw verzoekt de rechtbank voor recht te verklaren dat de Albert Heijn aansprakelijk is en de Albert Heijn te veroordelen op betaling van een voorschot op het smartengeld.

Het verweer van Albert Heijn

Albert Heijn stelt dat de toedracht van het ongeval niet vaststaat. Albert Heijn betwist niet dat mevrouw is gevallen maar wel de toedracht van de valpartij. De Albert Heijn stelt dat het slachtoffer mogelijk zelf is gevallen doordat zij zich verstapte of op een andere wijze haar evenwicht is verloren. Niemand heeft het ongeval zien gebeuren.

Het oordeel van de rechter

De rechter is van mening dat het verzoek zicht leent voor een deelgeschilprocedure waarna de rechtbank overgaat tot de inhoudelijke behandeling van de zaak.

Nu Albert Heijn geen andere argumenten heeft aangevoerd op grond waarvan tot een andere toedracht van het ongeval kan worden geconcludeerd, is de rechtbank van oordeel dat Albert Heijn de door het slachtoffer gestelde toedracht van het ongeval onvoldoende gemotiveerd heeft betwist.

Na toetsing van deze casus aan de Kelderluik-criteria[1] oordeelt de rechter dat de Albert Heijn aansprakelijk is wegens onrechtmatig handelen, nu Albert Heijn door haar handelwijze en nalaten bepaalde maatregelen te treffen meer risico heeft genomen dan redelijkerwijs verantwoord is.

De rechtbank veroordeelt de Albert Heijn tot vergoeding van de letselschade van mevrouw als gevolg van de valpartij.

Letselschade advocaat

Meer informatie over een deelgeschilprocedure in letselschade? Neem contact op met een letselschade advocaat van Utrecht Letselschade Advies.

Rechtbank Oost-Brabant, 10 december 2015, ECLI:NL:RBOBR:2015:7334

[1] HR 05-11-1965, NJ 1966, 136, ECLI:NL:HR:1965:AB7079 (Het Kelderluik-arrest).


Meer informatie over onze dienstverlening bij letselschade?

René Toxopeus

Een vuist maken, het recht laten zegevieren! Dat klinkt groots. Maar voor mij is dat het mooiste van mijn vak. Een maximale verdediging van de financiële belangen van mijn cliënt, daar ga ik voor.

Neem contact op